#HOBBYHATERS: waarom zouden we Twitter nog serieus nemen?

25 JUNI, 2020 — JORDY NIJENHUIS & GUY DE PAUW

Twitter2b3.png
 

Regelmatig wordt Twitter gebruikt om het maatschappelijk debat of de publieke opinie te duiden. Denk hierbij aan trendwatchers die primetime de opinie staan te peilen door middel van social media, of tweets die — na het zoveelste relletje omtrent de Hema — erbij worden gesleept om duiding te geven aan online ‘ophef’. De aanname hierbij is dat de discussies die op Twitter worden gevoerd maatgevend zijn voor de meningen die leven in de maatschappij. Een grove, willekeurige selectie van felle tweets lijkt zodoende net zo waardevol te zijn als een uitgebreid opinieonderzoek. 

De giftigheid op het platform neemt toe, terwijl de genuanceerde twitteraar zich ervan terugtrekt.

Door de hoge mate van online ophef is het niet raar dat er snel naar social media wordt gewezen als we het hebben over de oorzaken van polarisatie. De partners van Project Grey — een samenwerking tussen Movisie, Dare to be Grey, Textgain, PDCS en het Verwey-Jonker Instituut — doen daarom onderzoek naar de rol van social media binnen polariserende processen. Dit gebeurt onder andere aan de hand van kunstmatige intelligentie. De ontwikkelde algoritmen gaan zelfstandig op zoek naar patronen in data en geven ons meer zicht in de maatschappelijke thema’s waar mensen op social media over discussiëren en waar tekenen van polarisatie zijn vast te stellen.

Op die manier hebben wij de zogenaamde ‘hobbyhaters’ ontdekt: een kleine groep actieve twitteraars die over van alles en nog wat een mening hebben, deze mening op een giftige manier verkondigen en verspreiden, en zodoende het online debat domineren. Dit riep bij ons de vraag op: kunnen én moeten we Twitter nog wel serieus nemen binnen het maatschappelijk debat?

Groeiende Haat

Uit data analyses van Textgain is gebleken dat er een duidelijke toename is van Nederlands racistisch taalgebruik op Twitter in de afgelopen twee jaar. Om dit te meten werd een vaste lijst van 90 racistische en haatzaaiende termen opgesteld en werd dagelijks het gebruik ervan op Twitter gemonitord. Deze termen variëren van ‘allemaal afschieten’ tot ‘achterlijk ras’ om een zo breed mogelijk beeld van giftig taalgebruik op Twitter te krijgen. 

In eerder onderzoek constateerden we al dat het debat omtrent Zwarte Piet in de afgelopen jaren giftiger is geworden, maar nu blijkt dat de hoeveelheid giftige uitingen op Twitter ook in absolute termen is toegenomen. Deze toename is opvallend te noemen, aangezien er een sterke afname is van het aantal Twitter gebruikers. Dit wijst er dus op dat de overgebleven twittergebruikers giftiger zijn gaan communiceren. 

Waar het aantal giftige uitingen per dag in 2017 sporadisch boven de 500 kwam, zien we dat er in 2019 regelmatig uitschieters waren boven de 1500. Deze pieken in haatzaaiend taalgebruik kunnen we over het algemeen linken aan grote maatschappelijke gebeurtenissen zoals de cartoonwedstrijd van Geert Wilders, of de publicatie van het onderzoek over islamitische basisscholen. Onderstaande visualisatie toont deze duidelijke wisselwerking tussen grote politieke en maatschappelijk incidenten en het online debat. 

Interactieve visualisatie van hoeveelheid giftige uitingen op Twitter, inclusief enkele politieke en maatschappelijk incidenten als triggers (September 2017 - September 2019).

Interactieve visualisatie van hoeveelheid giftige uitingen op Twitter, inclusief enkele politieke en maatschappelijk incidenten als triggers (September 2017 - September 2019).

Hobbyhaters

Een diepere analyse van de accounts van de top-1000 meest giftige twitteraars, wijst uit dat ze zich zelden tot slechts één onderwerp beperken. Ze bemoeien zich eigenlijk met alles dat los en vast zit. Ze delen geen positieve boodschappen of andersoortige interesses, en doen niks anders dan haten. Het zijn als het ware hobbyhaters. Deze twitteraars mengen zich in het debat omtrent migratie, de EU, de Islam, maar zijn ook bezig met de boerenprotesten en klagen over #zeiklozevrijdag met de — enigszins voordehandliggende — boodschap dat ze daar dus écht niet aan mee doen.

De accounts lijken enkel het doel te hebben om zich te mengen in verhitte maatschappelijke debatten en hierbij zoveel mogelijk reacties uit te lokken. Ook de bronnen die gebruikt worden door deze profielen zijn eenzijdig in hun beeldvorming en kunnen bestempeld worden als ‘alternatieve’ media; nieuwssites of opinieplatforms met een duidelijk politiek signatuur of verspreiders van nepnieuws (zoals: dagelijksestandaard.nl, fenixx.news, top.nl, jdreport.com, briefjevanjan.nl, etc.).  

Netwerkvisualisatie van informatiebronnen gedeeld in het debat rond het boerenprotest. Websites worden met elkaar verbonden als ze door dezelfde mensen worden gedeeld. Hoe vaker dit gebeurt, hoe sterker de link, en hoe dichter ze bij elkaar staan.

Er wordt zowat de hele dag gepost door de top-1000 hobbyhaters, met een hoogtepunt rond 12 uur ‘s middags. Sommige hobbyhaters zijn heel de nacht actief.

Op zondagen en maandagen wordt er het hardst gehaat.

Netwerk van Haters

De accounts van deze twitteraars zijn goed verbonden met elkaar: onderwerpen om over te haten worden met elkaar besproken en giftige berichten worden onderling gedeeld. Tevens zien we dat artikelen uit de alternatieve media het goed doen binnen deze groep; ze worden met gemak opgepikt en geretweet. De gedeelde hobby van deze twitteraars — haten — lijkt de reden te zijn dat ze elkaars giftigheid versterken, maar ook de reden dat nepnieuwsartikelen breed worden verspreid. 

In onderstaande visualisatie zien we een twitteraccount dat een nepnieuwsartikel deelt, omringd door accounts die het hebben geretweet. Deze twitterbubbel blijkt een netwerk te zijn van giftigheid en ‘alternatieve feiten’, en zorgt ervoor dat dergelijke artikelen en giftige tweets verder worden verspreid op Twitter. Het nepnieuwsbericht ‘Asielzoekerscentra kosten miljoenen euro's per maand’ van de Vlaamse alternatieve mediasite SCEPTR werd slechts 22 keer gedeeld op Twitter, maar werd daarna snel geretweet (227 keer), onder meer via een account van een Nederlandse (micro-)influencer. Het retweeten door middel van een netwerk van haters zorgde ervoor dat het bericht met foutieve informatie zijn weg kon vinden tot in de newsfeed van 260.000 twittergebruikers. 

Netwerkvisualisatie van de verspreiding van het nepnieuwsbericht “Asielzoekerscentra kosten miljoenen euro's per maand” (SCEPTR, 17/2/2020), het account van de (micro-)influencer staat centraal in de verspreiding binnen de linker cluster.

Impact op de Democratie

Je zou kunnen stellen dat dit allemaal niet heel problematisch is — dat de uitingen binnen de kaders van de wet zijn, dat Twitter slechts een uitlaatklep is voor deze mensen en dat de impact van deze tweets minimaal is. Helaas lijkt het tegendeel waar. Recent onderzoek van de Utrecht Data School wijst uit dat een selecte groep actieve twitteraars een aardige stempel weet te drukken op onze democratie, en dat onderwerpen die op Twitter worden aangedragen, regelmatig in de politiek en media benoemd worden. Wanneer de gedeelde informatie haatdragend is en/of fout (nepnieuws) is de impact op het maatschappelijke debat niet te onderschatten.

Het benoemen van een tweet in een artikel of op het politiek toneel staat niet gelijk aan iemands mening vragen op straat. De giftigheid op het platform neemt immers toe, terwijl de genuanceerde twitteraar zich ervan terugtrekt. Als we Twitter als weerspiegeling van onze maatschappij blijven beschouwen, dan lijkt deze snel gevuld met haat en alternatief nieuws. De werkelijkheid zit gelukkig anders in elkaar: het is slechts een kleine vocale groep die de aandacht probeert te krijgen voor hun haat en daarmee het constructieve en inhoudelijke maatschappelijk debat verziekt. 

Het is duidelijk: boze tweets zijn niet maatgevend voor onze maatschappij. Het wordt daarom tijd dat journalisten en politici stoppen met het klakkeloos aanhalen van dergelijke tweets, en dat wij — als nieuwsconsumenten — ons tegen dat soort praktijken uitspreken. Het wordt tijd dat we Twitter een stuk minder serieus gaan nemen.


DTBG-Uit_Je_Bubbel_Stappen.png

Ben je op zoek naar een plek waar je wel online een constructief gesprek aan kan gaan? Word dan lid van De Grijze Beweging, of deel je verhaal met ons!


Met dank aan Movisie, het Verwey-Jonker Instituut, en bovenal Textgain.

Dit artikel is voortgekomen uit onze samenwerking binnen de kaders van Project Grey.